Opiniestukken

  • De vraag naar ruimte is groot, zeker in onze regio Utrecht. Ruimte voor wonen, voor werken en voor bewegen. ruimte voor maatschappelijke voorzieningen, voor plekken waar mensen samen kunnen komen. Meer dan 40 partijen in de regio, waaronder de gemeente Bunnik, hebben de ambitie om natuur, recreatief groen, water en landschap mee te laten groeien met de groei van de bebouwde omgeving: groen groeit mee. Hier staan we als P21 volledig achter. We hebben ons buitengebied nodig als groene ‘long’. Een plek waar mensen in een groene omgeving dicht bij huis kunnen recreëren. Een plek die kan bijdragen aan het opvangen van de impact van klimaatverandering. Ruimte voor toekomstbestendige landbouw. En ruimte voor biodiverse natuur.   We staan voor een grote uitdaging hoe we in de beperkte ruimte die we beschikbaar hebben dit voor elkaar kunnen krijgen, onder andere in het gebied tussen Odijk, Bunnik en Houten. Dit gaat alleen lukken als betrokken partijen samenwerken met een integrale visie op landbouw, recreatie en natuur. Bij de groen groeit mee samenwerking op regionaal niveau is P21-wethouder Hilde de Groot nauw betrokken. Daarnaast heeft deze uitdaging ook de aandacht van betrokken inwoners waaronder de werkgroep Kromme Rijncorridor, en raadsleden uit onze buurgemeente Houten. Ik wil in gesprek blijven met deze en andere betrokkenen. En blijven zoeken hoe we vanuit de lokale politiek kunnen bijdragen.  Een eerste stap is het beschermen van wat we al hebben. De gemeente werkt de komende maanden aan een ‘nota van uitgangspunten’ voor een nieuw bedrijvenpark ten zuiden van de A12. in deze krant stond vorige week hierover een artikel. Wat P21 betreft, moeten we niet willen dat het Raaphofse Bos ingeklemd komt te staan tussen bebouwing. Met groene buffers rondom dit waardevolle bos kunnen we meer rust geven aan de bijzondere diersoorten die daar leven. En werken we aan een belangrijke ecologische verbinding tussen de Kromme Rijn en Nieuw Wulven. Door dit als uitgangspunt te nemen bij besluiten over het naastliggende bedrijvenpark geven we waarde aan groen. En werken we aan een waardevolle leefomgeving voor mens en dier.  Jenny Houtgraaf, fractie P21

  • (Update 19 december 2024: zie onderaan) ,,Sinterklaas bestaat, hij zit daar.” Deze beroemde opmerking uit 1972 van Hans Wiegel (VVD) aan Joop den Uyl (PVDA) spookte door mijn hoofd tijdens de voorbereiding op de politieke avond van 4 december. Op de agenda stond een verruiming van het declaratiefonds. Dit is een regeling waarbij mensen met een laag inkomen een bijdrage kunnen ontvangen voor de kosten van sociaal-culturele, recreatieve en sportieve activiteiten. Vanuit P21-perspectief is dit belangrijk omdat we vinden dat iedereen zo veel mogelijk moet kunnen meedoen in de samenleving. Met pakjesavond in aantocht leek het me van tevoren een lastig vooruitzicht om als P21-er door de rechtsere partijen via Wiegels’ open deur van potverteren beschuldigd te worden met de aangekondigde bezuinigingen in 2026 in het achterhoofd. Gelukkig viel het mee. Niet omdat het debat niet scherp genoeg gevoerd werd (in de Bunnikse Raad wordt niet zo direct op de persoon gespeeld) maar omdat de regeling gewoon een goede uitwerking is van hetgeen we al eerder hebben afgesproken in het Raadsprogramma in 2022. Namelijk dat we met z’n allen streven naar een ruimhartig minimabeleid. Aan de hand van deze ambitie konden partijen er woensdag met elkaar goed uitkomen. Zeker omdat de declaratieregeling nu beter is geworden met meer menselijke maat, vertrouwen in mensen en eenvoud. Ook is de doelgroep breder geworden. Het budget is, ondanks aandringen, niet verder verruimd maar er is wel voor lief genomen dat er een iets grotere kans is ontstaan op een overschrijding. De Sinterklaas oneliner van Wiegel was dus niet volledig op mij van toepassing. Echt erg had ik dit verwijt overigens niet gevonden. We wonen in de prettigste gemeente van de provincie Utrecht en van omkijken naar mensen die het minder hebben wordt niemand slechter. Wat mij betreft staat een overschrijding van een paar duizend euro extra voor de minima ook niet in verhouding met de kosten die vaak gemaakt moeten worden voor sommige nodeloze procedures in het fysieke domein. Al met al is het wat P21 betreft een goede avond geweest. Nu we Sinterklaas gehad hebben is het tijd voor de Kerstgedachte. Al dan niet mede mogelijk gemaakt door het declaratiefonds. UPDATE 19 DECEMBER 2024 Tijdens de raadsvergadering van 18 december 2024 is het voorstel voor een verruiming van het declaratiefonds unaniem aangenomen. Joost Lubbers, raadslid P21

  • P21 heeft 180 leden. In de komende tijd zullen we een aantal van onze leden voorstellen. Ben jij P21-lid en lijkt het je ook leuk om mee te doen? Stuur dan een mail naar P21.bunnik@gmail.com. Het eerste interview is met lid van het eerste uur Bert Sweerts. Sinds de jaren 60 is Bert actief betrokken bij de politiek. Toen de PPR (Politieke Partij Radikalen) in 1968 werd opgericht, sloot hij zich onmiddellijk aan. Voor Bert was de PPR een verfrissende beweging die het denken in zuilen doorbrak. “De PPR keek naar wat ons verbindt in plaats van wat ons anders maakt,” zegt hij. “Dit idee van gemeenschappelijkheid leidde uiteindelijk tot de overgang naar GroenLinks en later naar de oprichting van P21 in Bunnik.” Hij was betrokken bij de werkgroep die P21 voorbereidde.Bert heeft nooit lang hoeven nadenken toen hij werd gevraagd om bestuurswerk te doen. “Als er hulp nodig was, stapte ik in,” vertelt hij. Hij heeft jarenlang gediend als bestuurslid van de postbus van de PPR en was voorzitter en penningmeester van GroenLinks in Bunnik. “Er moeten ook enkele mensen zijn die het apparaat aan de gang houden,” legt hij uit.Naast zijn politieke activiteiten is Bert ook actief in verschillende organisaties die zich inzetten voor vrede. Hij herinnert zich nog levendig de atoombom op Hiroshima en de impact van de jodenvervolging, ervaringen die zijn leven en inzet voor vrede hebben gevormd. Momenteel is hij adviseur voor Artsen voor vrede en doet hij het secretariaat van Burgemeesters voor vrede. Daarnaast digitaliseert hij gegevens van de burgerlijke stand van Suriname, wat van groot belang is voor de afstammelingen van tot slaaf gemaakte mensen.Bert is ook betrokken bij de lokale economie. Samen met Jacob Verhoeve zoekt hij naar manieren om de economie in Bunnik te verduurzamen. “We willen aansluiten bij United Economy, een circulair geldsysteem.’’ Dit circulaire geldsysteem heeft een eigen digitale munt die bedrijven aanmoedigt om lokaal te investeren. “Het sociale netwerk wordt steviger en duurzamer, en de welvaart neemt toe. Er zijn ook al een aantal lokale bedrijven bij aangesloten.” Bert en Jacob willen onderzoeken of er al mensen in Bunnik zijn die lid zijn van United Economy en wat hun ervaringen zijn, omdat het in Zeist en Utrecht al gangbaar is.Wat Bert het mooiste vindt aan Bunnik, is de centrale ligging en de sociale samenhang. “Je hebt toegang tot de Utrechtse Heuvelrug, de Eemvallei, de Lekdijk en daarnaast zijn er veel verenigingen die actief zijn,” merkt hij op. Toch ziet hij ook uitdagingen. “Bunnik heeft veel rijke inwoners, wat verplichtingen met zich meebrengt. Geld geeft macht, en het is verleidelijk om die macht te gebruiken voor eigen gewin. Maar we moeten die macht aanwenden voor een eerlijkere maatschappij”, benadrukt hij.Bert gelooft dat iedereen een maatschappelijke bijdrage kan leveren, daarvoor hoef je niet meteen actief te worden in een bestuur of bij een politieke partij. “Begin gewoon met iemand vriendelijk te groeten. Het zijn de kleine dingen die het verschil maken”, zegt hij. “Laten we niet te moeilijk doen over maatschappelijke inzet; laat het maar gebeuren en doe mee!” In contact komen met Bert kan via bertsweerts1@outlook.com.

  • Mijn oudste kind was vijf en mocht alleen naar de slager lopen om inkopen te doen. Naar de bakker, dat vonden wij te gevaarlijk – De Meent oversteken was te onoverzichtelijk. Inmiddels zijn de kinderen het huis uit en vegetariër geworden. En de slager? Die heeft de winkel gesloten. maar De Meent zelf, die wordt met een eerste stap aangepakt. Dat is een zichtbaar resultaat van de visie Dorpshart Odijk, opgesteld samen met inwoners en ondernemers. ,,Eindelijk”, verzuchten sommigen. ,,Die visie was er toch al in 2021?” Dat klopt. Bij de gemeente hoort wachten op het juiste moment; wanneer er geld is en wanneer de werkzaamheden ingepland kunnen worden. Het gaat niet altijd snel, maar langzaam bouwen we aan een mooier dorp. Een ander voorbeeld van hoe inwoners zelf bijdragen aan ons dorp? Ik denk aan het bomenproject in 2013 van Jaap Dekker en Hein Dorrestein. De gemeente had geen budget om alle zieke bomen langs de singel te vervangen. toch is het gelukt, dankzij hun inzet en met de hulp van heel veel betrokken dorpsgenoten. Samen hielden we het groen van Odijk in stand. Voor mijn hele gezin was het een mooi project om aan mee te doen. We zorgden niet alleen voor een mooiere omgeving, maar we ontmoetten ook nieuwe mensen en ondervonden verbondenheid in ons dorp. Inwoners kunnen bij de gemeenteraad hun stem te laten horen, bijvoorbeeld over bouwplannen in Kersenweide. Willen inwoners ook meer ruimte gebruiken om hun eigen leefomgeving in te richten? Met een fors lagere bijdrage van het Rijk moeten we zoeken naar manieren om te bezuinigen en is alle hulp welkom. Heb je ideeën? Of goede voorbeelden waar dit is gelukt? Ik hoor ze graag. Zo werken we er samen aan dat onze drie dorpen met de tijd mee blijven gaan. Arjen Hussem, fractievoorzitter P21

  • In mijn vorige Raadspraat schreef ik dat de Bunnikse politiek saai was. Bij ons vooralsnog geen geruzie als in Wijk bij Duurstede, De Bilt, Bunschoten, Renkum, om in onze regio te blijven. Over die laatste gemeente stond op 15 juni een zorgelijk artikel in de Volkskrant. De verhoudingen zijn er zo verzuurd dat een wethouder er de brui aan geeft. Ze is het vijanddenken zat, heeft genoeg van de verharding, de uitgevente persoonlijke tegenstellingen. Die staan het functioneren van de Raad en daarmee van de lokale democratie in de weg. Terwijl die laatste in de voorbije decennia steeds meer verantwoordelijkheden door het Rijk heeft toegeschoven gekregen.  Van jeugdzorg tot de huisvesting van statushouders, van klimaatmaatregelen tot armoedebeleid, van omgevingsvisies tot fijnstofoverlast, de gemeentes moeten maar zien hoe ze dat overheidsbeleid uitvoeren, want het Rijk vertikt het daarvoor benodigde geld te verstrekken. En ook nog eens met de ambtenaren die er zijn, wier werkdruk onverantwoord is toegenomen, maar dit terzijde. Gemeentes zijn verplicht hun begrotingen sluitend te maken. Hebben ze een tekort, dan moeten ze dat aanvullen met geld uit hun spaarpot, de algemene reserve. Lukt dat niet, dan komen ze onder toezicht van hogere overheden. En die grijpen hardhandig in, leggen bezuinigingen op totdat de gemeentefinanciën weer op orde zijn. Dat willen gemeentes te allen tijde vermijden.  Maar nu komen de Ravijnjaren eraan. Zoals het er nu naar uitziet, gaat de landelijke overheid in 2026 nog eens drie miljard euro korten op het geld dat naar de gemeentes gaat, met alle gevolgen van dien. Om te voorkomen dat de financiën in het rood schieten, zijn gemeentes nu al in kaart aan het brengen waarop bezuinigd kan worden. Ook Bunnik. En hier gaat de Bunnikse saaiheid uitbetalen wanneer het uur U slaat. De Raadsleden zullen alle maatregelen inhoudelijk wegen en constructief benaderen. Er zullen stevige meningsverschillen zijn, maar rancune, gekwetste ego’s, persoonlijke vetes zullen de zorgvuldige besluitvorming niet bemoeilijken.  Hoe ik dat zo zeker weet? Door de manier waarop de Raad donderdag 27 juni terugkeek op de jaarcijfers van 2023, de financiële situatie van dit jaar onder de loep nam en bijstelde, en vooruitkeek naar 2025 en 2026. Er werd af en toe fel gedebatteerd, maar het ging altijd over de inhoud. Er werd samengewerkt, in alle politieke kleurencombinaties. En er was veel waardering voor College en ambtelijke organisatie die een sluitende begroting hadden weten op te stellen.  Ik ben een pessimist‚ maar in onze ambtelijke organisatie en ons College heb ik alle vertrouwen. En in de weldadige saaiheid van de Raad. Vooralsnog. Koen van Gulik, raadslid P21

  • Het zijn drukke weken in de gemeenteraad. Een aantal raadsleden is in gesprek geweest met de lokale ondernemersorganisatie. En anderen gaan in gesprek met mensen die zich zorgen maken over ontwikkelingen rondom de N229. We blikken terug op de ambities die we in 2022 in een ‘raadsprogramma’ hebben vastgelegd. Niet alleen de jaarstukken voor 2023, maar ook een voorlopig financieel vooruitzicht naar 2025-2028 moeten we vaststellen. We moeten besluiten over regels om schaarse betaalbare woningen beter te verdelen. We gaan ons buigen over een grondstoffenplan (wat we vroeger een ‘afvalplan’ zouden hebben genoemd) en ook over een Groene Koers voor de gemeente (dit laatste is een lang gekoesterde wens van P21, iets waar onze vorige fractie zich stevig voor heeft ingezet). Met inwoners en organisaties praten, informatie verzamelen, alles overwegen en samen tot een besluit komen. Dit doen we als raadsleden, vaak in de avonduren, vaak naast een ‘gewone’ baan en soms naast een druk gezinsleven, namens de inwoners van de gemeente. Hier zijn we twee jaar geleden bij de gemeenteraadsverkiezingen voor gekozen.  Het kan zo zijn dat je je niet altijd vertegenwoordigd voelt in de besluiten die de raad neemt. Dat kan. 16.000 inwoners tevreden houden, dat gaat niet. Het beschikbare geld is beperkt. Ruimte is beperkt. We moeten keuzes maken. Soms moeilijke keuzes. We moeten werken binnen de speelruimte die we als raad hebben. Soms ligt de bevoegdheid om besluiten te nemen op provinciaal, landelijk of Europees niveau. We hebben als volksvertegenwoordigers, op welk niveau dan ook, allemaal een eigen politieke kleur en dit geeft kleur aan onze besluitvorming.  Voel ik me de laatste jaren vertegenwoordigd door de besluiten op landelijk niveau? Niet altijd. Ga ik me vertegenwoordigd voelen door de besluiten de komende tijd op Europees niveau? Dat weet ik niet. Op het moment van schrijven weet ik niet welke politieke kleuren uit de stembus bij de EU-verkiezingen gaan komen. Maar op lokaal niveau is er gelukkig bij veel thema’s goede overeenstemming tussen alle politieke kleuren: betaalbare woningen, groen in de wijken, goede jeugdzorg, om er maar een paar te noemen. We blijven zoeken naar manieren om dit voor elkaar te krijgen. Jenny Houtgraaf, fractielid P21

  • ‘De Bunnikse politiek is saai’, verzuchtte Frits Beijnink, de sterverslaggever van het Groentje, die de lokale politiek voor u verslaat, na de laatste Raadsvergadering. ‘Dat was in de vorige raadsperiode wel anders,’ zei hij. ‘Onmin in de coalitie, een partijscheuring, al dan niet uit eigen wil vertrekkende wethouders, persoonlijke conflicten, rancune en achterdocht, smullen voor een journalist.’  Saai voor jou als journalist dacht ik, en saai voor burgers die gewend zijn geraakt aan de oeverloze talkshows die bestaan bij de gratie van relletjes en gedoe. Maar niet voor ons, Raadsleden, college, ambtenaren. Ons werk is spannend, interessant, leuk. Wij kunnen heel goed zonder ophef en vertier. Hoe saaier de politiek, des te beter voor de burger. Goede politiek is werkzame politiek. En politiek kan alleen maar werkzaam zijn als de tegenstellingen tussen partijen niet worden uitvergroot.  In onze democratie vertegenwoordigen veel partijen de vele meningen en opvattingen van burgers. En omdat geen enkele partij de absolute meerderheid heeft, moeten er compromissen gesloten worden. Geen enkele partij krijgt ooit helemaal haar zin, ook al is ze de grootste. Zodat de kleinere partijen, die ook burgers vertegenwoordigen, niet compleet worden genegeerd. Iedereen wint een beetje en iedereen verliest een beetje. Je hebt elkaar immers nodig om iets voor elkaar te krijgen – als het niet nu is, dan na een volgende verkiezing – en daarom is het zaak de tegenstellingen niet op de spits te drijven. Om het ik-deug-en-jij-deugt-dus-niet-denken uit te bannen. Want die ‘jij’ denkt precies hetzelfde. Dat schiet niet op.  Daarom is het zo enorm belangrijk dat de Raadsfracties met elkaar door een deur kunnen, dat ze elkaar het licht in de ogen gunnen, en dat er in de bijeenkomsten van de Raad geluisterd wordt, andere meningen worden gerespecteerd en zakelijk wordt gedebatteerd. Niks ophef en vertier. Leve de saaiheid! Koen van Gulik, raadslid P21

  • Van de volwassenen in de gemeente Bunnik doen 3.871 inwoners aan vrijwilligerswerk. De gemeente Bunnik doet het daarmee volgens de statistieken van het RIVM bovengemiddeld goed. In Bunnik gaat het om 31,8%, het landelijke percentage is 24,9%. Deze inwoners leveren een bijdrage leveren aan onder meer de verenigingen, kerken, scholen en evenementen in de drie dorpskernen van de gemeente Bunnik. Ook kan het gaan om bijvoorbeeld een helpende hand of boodschappen- en chauffeursdiensten. Als vader van hockeyende dochters draag ik zelf mijn steentje bij als scheidsrechter en coach. De gemeenteraad kan gelukkig ook een beroep doen op inwoners die als vrijwilligers bereid zijn mee te denken. Voor de vrijwilliger vaak een kleine moeite, voor degene die geholpen wordt een wereld van verschil en een grote zorg minder. Wel is het zo dat de afgelopen jaren het aantal vrijwilligers terugloopt, ook in Bunnik. Dat is zorgwekkend. Inwoners die zich voor anderen en de samenleving inzetten zijn namelijk onmisbaar. Vrijwilligers en actieve burgers dragen bij aan sociale verbinding in onze wijken, buurten en kernen. Terecht dat vrijwilligers ‘het cement’ van de samenleving worden genoemd. Als ze er allemaal ineens mee zouden ophouden, zouden Nederland en Bunnik ontwricht raken. Maar het is ook een gemiste kans. Want de meeste vrijwilligers doen vrijwilligerswerk omdat ze het fijn vinden om iets voor iemand te doen. Of omdat ze het zinvolle tijdbesteding vinden. Het mes snijdt dus aan twee kanten. Wie vrijwilligerswerk doet, komt in contact met anderen. Het zorgt voor verbinding met mensen die je anders misschien wel nooit had ontmoet. Verder blijkt uit CBS-onderzoek dat mensen die vrijwilligerswerk doen meer tevreden zijn over hun leven en gemiddeld genomen minder depressief zijn. Ook zijn deze mensen minder gestrest, ervaren ze meer sociale steun en hebben ze een hogere eigenwaarde. Zo blijkt: vrijwilligerswerk is niet alleen goed voor een ander, maar ook voor jezelf. Via bunniksamen.nl kan je snel en overzichtelijk zien waar de vraag en het aanbod is, dus kijk daar eens of er iets bij zit dat past bij je interesse en mogelijkheden. Bunnik blijft doen! Marco Bosman, fractie-assistent P21

  • Vorige maand stemde de gemeenteraad van Bunnik unaniem in met het creëren van een asielzoekersopvang in Bunnik. Nieuws dat niet onopgemerkt bleef. Het kabinet Rutte viel over het asielbeleid, maar het debat in Bunnik bleef inhoudelijk en rustig. De komende weken debatteert de raad over het woon- en grondbeleid. Zeker in het licht van het grote gebrek aan woningen van het moment een belangrijk thema. Want hoewel de plannen voor Kersenweide al vastliggen en binnenkort flexwoningen verrijzen voor het gemeentehuis, heeft de gemeente de ambitie de komende decennia veel meer woningen te bouwen. Maar voor wie willen we bouwen, moet het huur zijn of koop, wat is de goede prijs en hoe duurzaam moeten die nieuwe huizen worden? Allemaal zaken waar je nu al over na moet denken. En als je al die eisen hebt geformuleerd, gaat die bouw dan ook echt gebeuren? De vraag is hoeveel je kunt vragen, zonder dat een ontwikkelaar afhaakt. Want een goede woning, voor de goede (toekomstig) Bunniker is ons veel waard in deze tijd van krapte. Maar is een mindere woning, voor bijna de goede (toekomstig) Bunniker ons ook zoveel waard? Of waarderen we dan het groen meer en wachten we liever op het moment dat we wel die beste woning kunnen bouwen? Als de gemeente eigenaar is van de grond, maakt dat het allemaal een stuk makkelijker. Dan hoef je minder rekening te houden met de wensen van de grondeigenaar zelf, die vaak toch vooral een mooie duit wil verdienen. Maar zelf grondeigenaar zijn heeft ook zijn nadelen. Hoeveel geld wil je betalen voor een stuk grond, terwijl je nog niet zeker weet dat er inderdaad woningen gebouwd kunnen worden? Mag je dat risico wel nemen met het belastinggeld van je inwoners? Ook over deze thema’s, het woon- en grondbeleid, verwacht ik een goed inhoudelijk debat in Bunnik, waarbij duidelijk wordt dat je verschillend over dit vraagstuk kunt denken. Of er na dat debat een breed gedragen beleid kan worden vastgesteld, dat zal moeten blijken. Maar laten we wederom geen voorbeeld nemen aan de Haagse politiek. Want misschien doet het bij de iets oudere lezer nog wel een belletje rinkelen. Juist, het kabinet Den Uyl viel over het grondbeleid. Michel Nijlant, fractie-assistent P21

  • Ons jongste kind gaat uit huis. Dat is ook een grote stap voor ons als ouders. Meer ruimte thuis, maar natuurlijk is er ook wat ongerustheid. Gaat die zich wel thuis voelen, mensen leren kennen, zich veilig voelen? Die vragen waren er ook toen we in de gemeenteraad de vluchtelingenopvang aan de Regulierenring in Bunnik bespraken. De raadsleden waren het snel eens over de noodzaak voor een plek voor vluchtelingen. We waren het er ook snel over eens dat wij ons graag inzetten zodat ze zich thuis voelen, mensen leren kennen en zich veilig voelen. En dat hetzelfde geldt voor de mensen die er nu al wonen en werken. Ook zij moeten zich thuis blijven voelen en zich veilig voelen.  Hoe gaan we dat doen? Het aantal plekken is te overzien, 90, naast de 40 voor Oekraïners die daar al wonen. Na twee jaar kijken we naar de ervaringen en bespreken we in de gemeenteraad of er nog plek is voor meer mensen (circa 10%). Je kunt terecht bij de gemeente als je wilt meehelpen, maar ook als je vragen of zorgen hebt. Het COA organiseert alles op de opvangplek en verbetert ook de woonomgeving voor de Oekraïners. Het idee is om ook ontmoetingsruimtes in te richten waar mensen uit de buurt terecht kunnen. Vluchtelingenwerk-Samenspraak Bunnik meldde zich om te helpen mensen zich thuis te laten voelen. De wethouder overlegt met verenigingen hoe zij de nieuwe inwoners welkom kunnen heten en met de ondernemers over wie nog vacatures te vervullen heeft. En de gemeente gaat verder met ondernemers in gesprek over de transformatie van het stationsgebied. Het college heeft toegezegd de gemeenteraad en de inwoners op de hoogte te blijven houden van de voortgang van de plannen. Zie ook bunnik.nl/opvangvluchtelingen. Het COA heeft nog een jaar de tijd om alles klaar te maken. Dan zal de eerste groep vluchtelingen komen. Zelf moet ik al sneller aan de bak. De studentenkamer kan een verfje gebruiken en daarna wordt het passen en meten met meubels. Helpen om van een plek een thuis te maken is de moeite waard! Arjen Hussem, fractievoorziter P21

  • Afgelopen dinsdag hadden we de nieuwsjaarreceptie van de gemeente. En de burgemeester heeft in zijn nieuwjaarstoespraak mij geïnspireerd om ook terug te kijken op het afgelopen jaar en vooruit te kijken naar het aankomende jaar. Niet alleen om een overzicht te geven van wat er allemaal wel niet gebeurt in de gemeenteraad, maar ook vooral om te laten zien wat wij doen en welke keuzes wij maken met uw stem. Om te beginnen met het terugkijken. We hebben het masterplan kersenweide vastgesteld. We hebben een plan gemaakt voor 48 sociale flexwoningen voor het gemeentehuis. We hebben de mobiliteitsvisie voor de traverse vastgesteld. We hebben programma Bunnik klimaatneutraal 2040 vastgesteld. We hebben de Gebiedsvisie stationsomgeving vastgesteld en we gaan voor 90 extra bedden voor vluchtelingen in Bunnik zorgen. En waar 2023 vooral een jaar vol nieuwe plannen was, zal 2024 hopelijk het jaar worden van uitvoering. Dus laten we beginnen met bouwen in de kersenweide, zodat bijna 3000 mensen binnenkort een nieuw huis kunnen vinden. Dus laten we die 48 flexwoningen bouwen, zodat jongeren en starters eindelijk uit huis kunnen. Dus laten we de provinciale weg nog mooier maken en de beste fietsroutes van het hele land aanleggen. Dus laten we zorgen dat we concrete maatregelen gaan nemen, zodat we zo snel mogelijk naar een klimaatneutraal Bunnik gaan. Dus laten we stappen zetten in het stationsgebied om te zorgen dat we nog meer nieuwe buren mogen verwelkomen in onze gemeente. Dus laten we mensen die hiernaartoe zijn gevlucht verwelkomen. En laten we in gesprek blijven over al deze thema’s. Want dat is de raad waar jullie bijna 2 jaar geleden voor hebben gekozen. Een raad en een gemeente die het over kleine en grote projecten wil hebben en een raad die ervoor wil zorgen dat er grote positieve veranderingen komen in Bunnik. Een raad waar ik heel trots op ben om deel van uit te maken. Casper de Kok, Raadslid P21

  • Nederland mocht afgelopen week naar de stembus. In Bunnik is 88,6% van de stemgerechtigden gaan stemmen, een opkomst die liet zien hoe betrokken wij zijn met onze landelijke verkiezingen. De uitslag is inmiddels bekend. De PVV is de grootste partij van Nederland geworden. De overwinning van de PVV roept in Nederland verdeelde reacties op. Onder veel mensen heerst blijdschap over een verandering van bestuur en een hardere aanpak van het migratiebeleid. Andere mensen maken zich ernstige zorgen over de toekomst van de natuur en het klimaat in het geval dat de PVV gaat regeren. Ik kan niet alle vragen en onzekerheid bij mensen wegnemen, echter kan ik wel aangeven wat dit mogelijk voor het beleid van onze kleine gemeente betekent.In de verkiezingsdebatten werd er gesproken over bestaanszekerheid, de klimaatopgave, migratie en een nieuwe bestuurscultuur. Het beeld dat veel mensen hebben bij de bestuurscultuur van de overheid is negatief. Het is een beeld van achterkamertjespolitiek en functies elders, evenals van wanbeleid dat geleid heeft tot een toeslagenaffaire. Landelijke partijen hebben aangegeven meer openheid en zekerheid aan burgers te willen geven om dit negatieve beeld uit te wissen. Met de invoering van een nieuw vergadermodel en de WOO (Wet Open Overheid) probeert ook onze gemeente inwoners duidelijke informatie en inspraak te geven in het bestuur. Hiermee proberen wij ook ons kleine steentje bij te dragen. Op onderwerpen als klimaat, bestaanszekerheid en migratie zijn de verschillen tussen de gemeente en de PVV groter. Wij zijn in onze relatief progressieve gemeente afhankelijk van landelijke en provinciale wetgeving op deze punten. Subsidies en wettelijke kaders over asielzoekers, natuurbehoud, sociale zekerheid en klimaatbeleid zijn allemaal belangrijk om de doelstellingen van Bunnik op deze gebieden te behalen. Desondanks verandert onze lokale visie niet aan de hand van landelijke verkiezingen. Wij zullen blijven streven naar een ruimhartig sociaal beleid en een milieuvriendelijk Bunnik. Samen met landelijke en provinciale overheden zullen wij blijven werken aan de verbetering van mens en milieu. Rob van Mourik, Raadslid P21

  • Voor mij, als gemeenteraadslid met de portefeuille sociaal domein, was afgelopen week (week 41, 9 tot en met 15 oktober) druk en inspirerend. Vier avonden mocht ik, naast mijn reguliere werkzaamheden overdag, voor of namens de raad op verschillende plekken aanschuiven. Een aantal lopende zaken van deze week wil ik bij deze graag uitlichten: Maandagavond is altijd onze fractievergadering en actueel is dat we binnenkort in de raad de begroting gaan behandelen. Daarbij gaan moeilijke (sociale) keuzes gemaakt worden. Hopelijk komt er in de komende tijd over bepaalde zaken meer duidelijkheid en kunnen er weloverwogen besluiten genomen worden. Op dinsdagavond was er een drukbezochte en inspirerende netwerkbijeenkomst van BunnikSamen. Het gepresenteerde werkplan is aantrekkelijk en doordacht. Ook was het mooi om te zien dat zoveel mensen zich willen inzetten! Ik kan het iedereen aanraden om zich als vrijwilliger aan te melden bij één van de diverse nuttige initiatieven. Neem daarom een kijkje op www.bunniksamen.nl . Afgelopen woensdagavond was er een regionale raadsinformatieavond van de Regionale Sociale Dienst in het AZC van Leersum. Naast belangrijke informatie over schuldhulpverlening, werk en inkomen zijn we ook bijgepraat over de energietoeslag die binnenkort weer aangevraagd kan worden door huishoudens die hier recht op hebben. Op donderdagavond stond er een raadsvergadering gepland. Daarbij is o.a. een wijziging vastgesteld van de Verordening doelgroepen nieuwbouw, sociale koop, sociale huur en middenhuur. Hopelijk komen specifieke groepen woningzoekenden hierdoor uiteindelijk makkelijker aan een woning. Op vrijdagavond stond er even niets gepland en kon ik wat reflecteren op de afgelopen week. Daarbij kwam ik vooral tot de slotsom dat er goede, sociale dingen spelen maar dat er nog genoeg te doen is. Gelukkig is er geen reden om aan te nemen dat hier niets mee gebeurt. Gezien de titel moet ik nu volledigheidshalve ook iets melden over mijn weekend. Mede omdat dit een Raadspraat is laat ik dat voor nu maar even achterwege! Mocht u echter vragen of opmerkingen hebben dan kunt u mij via j.lubbers@bunnik.nl wel contacten. 7 dagen in de week. Joost Lubbers, Raadslid P21

  • De wereld verandert. De negatieve gevolgen van klimaatverandering worden met de dag duidelijker. Maar ook de positieve kanten van een transitie naar een duurzame samenleving komen steeds meer aan het licht. Denk aan een wereld zonder uitlaatgassen: een gezondere wereld. Denk aan een wereld met meer energie- en voedselzekerheid door kortere ketens: een wereld met sterkere (lokale) gemeenschappen. Ik ben van mening dat ook wij in de gemeente Bunnik ons hiervoor moeten inzetten, zo goed als wij allemaal kunnen. De gemeente heeft weinig middelen. Maar gelukkig komt er vanuit de landelijke overheid en de provincie steeds meer geld om deze transitie te ondersteunen. (Of dit zo doorgaat, hangt natuurlijk voor een deel af van de uitslag van de komende Tweede Kamerverkiezingen.) De gemeente kan een sleutelrol spelen bij het inzetten van dit geld, onder andere door inwoners te informeren en faciliteren.Daarom ben ik ontzettend blij met de ruime steun deze zomer van de Bunnikse gemeenteraad voor een gemeentelijk stappenplan (‘Uitvoeringsprogramma’) Klimaatneutraal Bunnik 2040. Dit stappenplan bevat acties die de gemeentelijke organisatie per jaar in gang gaat zetten om de uitstoot van CO2 binnen de gemeentegrenzen terug te dringen. Met dit plan kan de gemeente geld effectiever en efficiënter inzetten en het tempo van de transitie opschroeven. Iets wat in mijn ogen hard nodig is.Dit is voor het eerst dat de Bunnikse gemeenteraad een concreet stappenplan heeft afgesproken richting klimaatneutraliteit. Stappen met als voorwaarde dat iedereen mee moet kunnen doen en dat wij geen kosten of schade afwentelen elders of op toekomstige generaties. En dat wij met respect omgaan met het Bunnikse landschap. Voorwaarden waar ik me helemaal in kan vinden. De opgave is enorm en allesomvattend: gebouwen, verkeer, landbouw, industrie. Veel partijen moeten samenwerken om dit voor elkaar te krijgen. Sommige stappen vereisen durf: durf van de gemeente, durf van ondernemers of durf van u, als inwoner. Laten wij samen de wereld voor ogen houden die wij willen en durf te doen.Van gedachten wisselen? Je kunt me bereiken via j.houtgraaf@bunnik.nl. Jenny Houtgraaf, Raadslid P21

  • Heerlijk was het om op vakantie te zijn. Vaak gaan wij naar zee, maar nu waren we in de bergen. Vergezichten, onbekende bloemen en planten, heel frisse lucht en we hebben zelfs nog sneeuw kunnen voelen. Berg op met de fiets en snel naar beneden en andere stukken toch maar per auto, trein of gondel. En de letterlijk nieuwe perspectieven helpen om afstand te nemen en alles weer in perspectief te zien. Ook nu ik weer vertoef op de oeverwallen aan de Kromme Rijn.  En dat brengt me bij Perspectief 21. P21 is meer dan 25 jaar geleden opgericht om perspectief te bieden voor de 21e eeuw. En daarom vierden we afgelopen week dat P21 25 jaar in de gemeenteraad vertegenwoordigd is!  Een moment om terug te kijken. Met tevredenheid, want we hebben vele jaren als grootste partij in de raad en via een of meer wethouders groene en sociale politiek in de praktijk kunnen brengen. Maar we zijn ambitieus genoeg om te zien dat 30% sociale huur nog niet voor het hele huizenbestand geldt, en het moet zeker nog groener! En als ik mensen uit de gemeente over de politiek spreek, gaat het ook vaak over punten die echt nog beter kunnen.  Waarom is onze gemeente in de provincie dan toch de beste plaats om in te wonen, vroeg het AD mij onlangs. Centraal gelegen, mooie omgeving, dat herken ik. Maar ik denk dat het er vooral in zit dat inwoners van deze gemeente veel zelf organiseren, en graag de regie nemen over hun eigen leven. Ze regelen het voor zichzelf goed èn zetten zich in voor een ander, kijk maar eens naar alle organisaties die zijn verenigd in Bunnik Samen. De politiek is er om hen daarbij te faciliteren.  Wat P21 betreft is de politiek er ook voor de mensen waarbij dat zelf regelen nu niet lukt. En voor mensen die hier óók graag zouden willen wonen, maar voor wie er nog geen huis beschikbaar is. Samenwerken is beter voor de samenleving, en binnen P21 gebeurt dat al meer dan 25 jaar. Ik ben blij dat het voorbeeld van P21 navolging krijgt op landelijk niveau. Zo kunnen we bergen verzetten. Arjen Hussem,Fractievoorzitter P21

  • In de raad zijn we nu ruim een jaar bezig en als het om het thema Werk en Inkomen gaat, dan heb ik een dubbel gevoel. Aan de ene kant ben ik tevreden met breed gedragen teksten uit het raadsprogramma 2022-2026 en het noodfonds (dit is een laagdrempelig calamiteitenbudget voor inwoners die in de knel komen door stijgende (energie) prijzen). Ook ben ik verheugd over het feit dat de toegang tot de Bunnikse minimaregelingen waarschijnlijk verruimd wordt tot 130% van de bijstandsnorm. Aan de andere kant is in 2022 het aantal mensen dat in Bunnik gebruik maakt van bijstand en schuldhulpverlening verder gestegen. Hier kan niemand tevreden mee zijn. Ook omdat er niet volledig gebruik wordt gemaakt van de regelingen die we hebben. Zo heeft bijvoorbeeld maar 28% van de rechthebbenden in 2022 gebruik gemaakt van het Declaratiefonds Participatie. Dit wringt en heeft politieke consequenties omdat beschikbaar geld dat niet gebruikt wordt voor andere zaken kan worden ingezet. Zo dreigt het bovengenoemde noodfonds binnenkort op de schop te gaan omdat er in de afgelopen 5 maanden slechts 1 keer gebruik van is gemaakt. Dit terwijl er in de eerste maanden van het jaar verhalen te horen waren van mensen die amper de verwarming op een minimale stand durfden te zetten. Het blijft gissen waarom mensen geen gebruik maken van regelingen terwijl ze hier wel recht op hebben. Het kan te maken hebben met gebrekkige communicatie of met schaamte. Met het eerste kan ik wel iets als raadslid. Bij schaamte ligt het lastiger omdat dit veel persoonlijker is. Toch wil ik inwoners en direct betrokkenen oproepen om problemen niet groter te laten worden (of zelfs te voorkomen!) en signalen door te geven aan RSD, gemeente en/of het Centrum voor Elkaar zodat er hulp ingezet kan worden. Ook wil ik vragen om signalen door te geven aan politieke partijen zodat beschikbare middelen de weg vinden naar de inwoners die de middelen zo nodig hebben. In het bovengenoemde raadsprogramma 2022-2026 staat immers niet voor niets dat het uitgangspunt een ruimhartig minimabeleid is, met aandacht voor preventie en een ruim bereik. Het is van belang dat we hier samen – gemeente en inwoners – aan blijven werken. Joost Lubbers, Raadslid P21

  • Dit prachtige citaat van Bertold Brecht las ik in een interview met Ron Meyer, voormalig voorzitter van de SP (die het weer had gehoord uit de mond van Joop Den Uyl). Ik ben nu iets meer dan een jaar wethouder in onze mooie gemeente en ik probeer deze uitspraak zo goed mogelijk in mijn werk te vervlechten. Ik heb Bunnik het afgelopen jaar leren kennen als een betrokken gemeenschap, met een bloeiend verenigingsleven waar mensen omzien naar elkaar. Zo heb ik genoten van de optredens van muziekvereniging Constantia in Werkhoven, maar ook van de grappen en grollen van de drie carnavalsverenigingen tijdens de ‘pronkzitting’ in Ojik en heb ik lekker mee geschoffeld in een plantsoentje in de Oranjebuurt tijdens NL DOET.Mijn eerste jaar bestond niet alleen maar uit het leren kennen van de gemeente. Een van mijn grotere dossiers is de ‘Mobiliteitsvisie Traverse’, een lange termijnvisie op de oude provinciale weg door Bunnik. Al jaren, met name de oplevering van de Baan van Fectio, was er de wens om deze weg meer passend te maken bij haar nieuwe functie: een weg die Bunnik verbindt, in plaats van doormidden klieft. Ik ben trots op de visie die er nu ligt en waar medewerkers, met hulp van vele inwoners, ontzettend hard aan hebben gewerkt. Eind juni besluit de gemeenteraad hierover, evenals over het aanvragen van subsidie voor de doorfietsroute. Hiermee kunnen we gelijk een goede eerste stap zetten in de uitvoering van de visie.Als het gaat om mobiliteitsvraagstukken merk ik dat veel inwoners de weg naar de gemeente prima weten te vinden. Ik heb vele gesprekken gehad met mensen over verkeersveiligheid, geluidsoverlast of toegankelijkheid van het Openbaar Vervoer. We kunnen het probleem niet altijd oplossen, maar ik probeer altijd wel te zoeken naar manieren om het probleem te verlichten, of in ieder geval een luisterend oor te bieden, hoe frustrerend dat soms ook is.Naast verkeer heb ik ook een groot deel van het ‘sociaal domein’ in mijn portefeuille, waaronder Jeugdbeleid en WMO. We hopen dat de mensen die we vanuit dit beleidsterrein proberen te helpen, de weg naar de gemeente ook goed weten te vinden. Niet iedereen in Bunnik is hoogopgeleid en heeft de schaapjes op het droge. En zelfs als dat wel zo is, kun je nog van alles mankeren op het gebied van fysieke of mentale gezondheid. Om meer inzicht te krijgen in wat er speelt, praat ik regelmatig bij met onze medewerkers van het Centrum voor Elkaar, zoals ons sociale team heet. Dan hoor ik -anoniem- de verhalen van de mensen die zij tegenkomen, en soms zitten daar echt schrijnende situaties tussen. De machteloosheid die uit die verhalen spreekt, en de frustratie dat we, door tekortschietende budgetten, ingewikkelde regelgeving en personeelskrapte, niet méér kunnen doen, grijpt me soms naar de keel. En dat moet des te meer gelden voor onze consulenten, die dagelijks met deze situaties te maken hebben.Gelukkig gebeuren er ook voldoende positieve dingen bij het Sociaal Domein. Er zijn de afgelopen tijd veel stappen in de goede richting gezet en daar gaan we mee door als het aan mij ligt. Het zijn vaak kleine verbeteringen in de uitvoering, en geen grootse en meeslepende veranderplannen. Meestal ligt de sleutel ook in betere, ‘stress-sensitieve’ communicatie tussen mensen, een onderwerp waarover ik mijn masterscriptie Neerlandistiek afgelopen najaar heb afgerond. Bij mijn diploma-uitreiking wenste mijn scriptiebegeleider mij toe zo vaak mogelijk gebruik te maken van literatuur en poëzie in de politiek. Dat advies neem ik dan ook graag ter harte, te beginnen met Bertold Brecht. Want ook, misschien wel júíst, ‘Die im Dunkeln’ verdienen onze aandacht. Julie ‘d Hondt, wethouder P21

  • Op 24 mei was ik alweer 1 jaar wethouder in de gemeente Bunnik. Een mooi jubileum! P21 heeft op dit moment twee wethouders en ik vind het een eer om daar één van te zijn. Ik woon in ’t Goy, achter Werkhoven en op een paar honderd meter van de gemeentegrens. Daar wonen we op een boerderijtje, met man en zoon. Op mijn eigen erf doe ik mijn best een groene enclave te creëren met veel insecten, vogels en vleermuizen. Ook lopen er veel adoptie-dieren rond.Bunnik kende ik vanuit de buurgemeente en ik werkte samen met eerdere P21 wethouders zoals Erica Spil en Paul Heijmerink. Dat helpt om erin te komen als je het stokje mag overnemen. Als wethouder ‘van buiten’ moet je je extra goed inwerken en dat heb ik met veel plezier gedaan het afgelopen jaar. En ik blijf leren. Bunnik is een fijne doorgaans progressieve gemeente. Drie verschillende dorpen met elk een eigen cultuur, ontzettend veel betrokken mensen, goed georganiseerde wijkverenigingen: wat wil je nog meer.P21 heeft een fijne groep mensen in de gemeenteraad. Allen groen en rood in hart en nieren, maar verschillend in leeftijd, ervaring en stijl. We werken met z’n allen aan een flink aantal ambities. In mijn portefeuille zit o.a. nieuw beleid op duurzaamheid, klimaatadaptatie (water en riool), groenonderhoud, flexwoningen en de transformatie van het Stationsgebied. Veel te doen dus!Het ene dossier is lastiger dan het andere. Alles wat een verandering in de buitenruimte brengt, levert voor- en tegenstanders op. Bijvoorbeeld de flexwoningen voor het gemeentehuis. Ook moeten we deze periode een maatschappelijk gesprek voeren over de manieren van duurzame energieopwekking. Willen we alleen zon of ook wind? Als bestuurder sta je dan vol in de wind. Het zal zeker weten een intensief gesprek worden.De sfeer in de gemeenteraad is op dit moment constructief. Wel denk ik dat veel van de 17 raadsleden uiteindelijk meer rood dan groen zijn en dat zal het voor P21 niet altijd makkelijk maken om groene ambities te bereiken. Ook is er niet veel geld en mankracht. Dat ligt aan vele factoren. Bunnik krijgt in verhouding niet veel geld van het Rijk, heeft best een groot gebied t.o.v. het aantal inwoners en heeft er altijd voor gekozen het niveau van service en voorzieningen hoog te houden. Daarnaast hebben we last van problemen die momenteel elke gemeente treffen, zoals een moeilijk te controleren jeugdzorg en vele vacatures die we niet opgevuld krijgen. Dit alles is natuurlijk wel eens frustrerend. Want ambities hebben we genoeg!Graag blijf en kom ik ook met jullie in contact. Mijn werk is voor en namens jullie, als inwoners én achterban van P21. Hopelijk tot snel! Hilde de Groot, wethouder P21

  • Wat is die Bunnikse Maat (BM) toch? Insprekers in Open Huizen die tegen iets zijn – windmolens, zonnevelden, woningbouw – slaan Raadsleden en College om de oren met de BM. Want al die projecten zijn er een aantasting van die BM, en daarom mogen ze niet doorgaan. Voor veel Raadsleden is diezelfde BM eveneens een reden om tegen een voorstel te zijn, want ze tasten het Dorpse Karakter (DK) van onze Prachtige Gemeente (PG) aan. Alleen, hoe dorps is dat DK? Onze PG bestaat uit drie kernen. We nemen de proef op de som en leggen de drie kernen van OPG langs de dorpsmeetlat. Werkhoven is een dorp, geen twijfel over mogelijk. Omringd door boeren en weilanden, er is een meent, geen supermarkt, maar wel een molen, een kerk, en een bakker. Er staan 1000 huizen. Odijk. Wat er nog dorps aan Odijk is, verdwijnt met de bouw van 1200 woningen in Kersenweide. Blijft over de kern Bunnik. Utrecht ligt er 3 kilometer, Zeist op 1,5 kilometer en Houten op 1 kilometer, samen goed voor bijna 600.000 mensen. Waar je ook staat in de kern, overal hoor je de A12. Wie door de straten loopt, beweegt zich door een ruim opgezette vinexwijk. Als je van de A12 Bunnik binnenrijdt, passeer je rechts en links drukke terreinen met bedrijven als Bovag, Vrumona Engie en de kantoortoren van Equans, acht verdiepingen hoog. Kom je van Utrecht Bunnik binnen, van hetzelfde laken en pak. Links een autohandelaar en rechts een bedrijventerrein, met BAM, ING, Het Van Raak-imperium en financiële dienstverleners. Overigens zorgen al die bedrijven voor een bevolkingstoename van 3.000 mensen op doordeweekse dagen. Kom daar maar eens om in een dorp. Amelisweerd en Rhijnauwen dan. Prachtige landgoederen, maar eigenlijk niet meer dan de stadsparken van Utrecht. Probeer er in het weekeinde maar eens niet over de hoofden te lopen. Kortom, de kern Bunnik heeft helemaal niks dorps. Het is een stedelijk gebied. En daarmee zijn DK en BM gelegenheidsargumenten om projecten tegen te houden die toch zo broodnodig zijn. Zoals windmolens en zonneparken, zonder welke OPG de noodzakelijke energietransitie helemaal nooit kan volbrengen. Zoals woningbouwprojecten in het stationsgebied voor mensen die geen huis van vier ton kunnen kopen, voor wie een huur van 1000 euro al te hoog is, onze medeburgers die OPG draaiende houden, de werkers in de gezondheidszorg, de politieagenten, de onderwijzers, de winkelbedienden, de vuilnisophalers, jongeren die eindelijk op zichzelf willen wonen maar nog 12 jaar op de wachtlijst moeten staan voor ze aan de beurt zijn, ouderen die kleiner willen wonen maar waar? Ja, vorige gemeenteraden hebben de BM en het DK vastgelegd in allerlei documenten, maar toen was er nog geen Klimaatakkoord en was de woningnood nog geen uitslaande brand. De wensen van toen zijn niet langer houdbaar. Laten wij daarom per kern bekijken wat gepast is met als uitgangspunt dat Bunnik en Odijk stedelijker zijn dan Werkhoven. En best plaats kunnen bieden aan bescheiden hoogbouw, en dat hoeven niet meteen acht verdiepingen te zijn. Dat vereenvoudigt het gesprek enorm en maakt de discussie zuiverder. Koen van Gulik, raadslid P21

  • Wat hebben varen, vliegen en vuurwerk met elkaar te maken? Het zijn allemaal onderwerpen die dit voorjaar in de gemeenteraad aan bod zijn gekomen of gaan komen. Varen: al jaren wordt er gesproken over het verbieden van boten met vervuilende diesel- of benzinemotoren op de Kromme Rijn in de gemeente Bunnik. Varen met een stille elektrische motor of op eigen kracht in een roeiboot of kano geeft alle ruimte om te kunnen genieten van onze prachtige rivier, maar dan zonder geluidsoverlast en zonder sporen van diesel, benzine of olie in het water achter te laten. Hoog tijd voor een verbod op vervuilende motoren dus. Vind ik, tenminste. Daarom heb ik hier vragen over gesteld in de gemeenteraad en blijven wij zoeken naar manieren om beweging te krijgen in dit onderwerp. Vliegen: de overheid is een extra vliegroute voor Schiphol aan het uitzoeken, over of in de nabijheid van onze gemeente. Wij hebben hier als gemeente weinig invloed op. Maar wij kunnen wel onze stem laten horen. Deze route opent de deur voor verdere groei van Schiphol, wat rampzalig zou zijn voor het halen van klimaatdoelen (emissieloos vliegen ligt nog ver in de toekomst). Niet doen dus. Vind ik, tenminste. Daarom hebben wij de actiegroep ‘Stop4deroute’ gevraagd de raad en inwoners te komen bijpraten over dit onderwerp. Vuurwerk: er zijn vele redenen waarom ik me zorgen maak over de hoeveelheid vuurwerk tijdens de jaarwisseling. Wist jij bijvoorbeeld dat wilde vogels, opgejaagd door het vuurwerk, soms tientallen kilometers vliegen om een rustige plek te vinden en daarna nog dagen van slag kunnen zijn? Of dat er door het vuurwerk zo’n 250.000 kilo fijnstof de lucht ingeschoten wordt, waaronder zware metalen waarvan het effect op mens en natuur onbekend is? Natuurlijk, veel mensen zijn gehecht aan deze traditie. Maar wegen de voordelen op tegen de nadelen? Niet meer. Vind ik, tenminste. En daarom stelde ik een oproep richting het kabinet voor, voor een landelijk verbod op consumentenvuurwerk. Een overgang naar een duurzame samenleving is noodzakelijk. Vind ik, tenminste. Deze overtuiging gebruik ik als leidraad in mijn dagelijkse leven en in mijn werk als raadslid. Jenny Houtgraaf, Raadslid P21